Wanneer u niet meer in staat bent om uw huishouden zelf te doen (bijvoorbeeld door een ongeluk, ziekte of omdat u slecht ter been bent), kunt u huishoudelijke hulp inschakelen. U kunt hiervoor bij de gemeente, bij het Wijkteam een aanvraag indienen in het kader van Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Medewerkers van de gemeente gaan dan samen met u bekijken of er hulp in de huishouding nodig is en hoeveel. Er wordt een ondersteuningsplan opgesteld, waarin concrete afspraken worden gemaakt over de werkzaamheden van de hulp en de frequentie van het bezoek. De gemeente geeft bij een positief besluit een zogenaamde indicatiestelling af.
Waar houdt de gemeente rekening mee?
Uitgangspunt is dat iedereen een schoon en leefbaar huis moet kunnen hebben.
Een indicatie betreft alleen de (schoonmaak)werkzaamheden die strikt noodzakelijk zijn, zoals schoonmaken van keuken, badkamer en toilet, stofzuigen, dweilen, stoffen en wasverzorging. Werkzaamheden zoals schoonmaken van een zolder, het verzorgen van dieren of werkzaamheden die buiten de woning plaatsvinden, vallen hier niet onder.
De werkzaamheden worden verdeeld in licht- en zwaar huishoudelijk werk. Als iemand nog in staat is tot het verrichten van licht huishoudelijk werk dan zullen die werkzaamheden buiten de indicatie vallen. Voor sommige werkzaamheden zijn algemeen gebruikelijke voorzieningen voor handen. Bij bijvoorbeeld een maaltijdvoorziening (maaltijden aan huis) vallen de werkzaamheden voor het bereiden van maaltijden buiten de indicatie. Rekening wordt gehouden met (boven)gebruikelijke zorg. In de volgende alinea wordt uitgelegd wat hieronder wordt verstaan.
Wat is nu (boven) gebruikelijke zorg?
Gebruikelijke hulp is de ‘normale’, dagelijkse zorg, die partners of ouders en inwonende kinderen elkaar bieden omdat u een leefeenheid vormt, samenleeft. Dit basisprincipe houdt in dat samenlevende personen een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben voor het functioneren van de leefeenheid (de gezamenlijke huishouding). Met andere woorden: in principe krijgt u geen hulp bij het huishouden als er binnen het huishouden andere gezonde huisgenoten zijn die de huishoudelijke taken kunnen verrichten. Het feit dat iemand een lange werkweek, drukke of onregelmatige baan heeft, vormt in eerste instantie geen reden om hierop een uitzondering te maken.
De gemeente moet echter wel onderzoeken welke hulp van een huisgenoot in redelijkheid gevraagd kan worden. Hierbij is ook de vraag van belang of de huisgenoot niet overbelast dreigt te raken. Misschien spelen er bij de huisgenoot ook beperkingen. Dit moet goed onderzocht worden en eventueel dient een medisch advies te worden opgevraagd, of de huisgenoot in staat kan worden geacht de huishoudelijke taken over te nemen. De zorg die niet door de huisgenoot kan worden uitgevoerd, heet boven gebruikelijke zorg. Deze komt eventueel voor vergoeding via de Wmo in aanmerking.
Nog twee aandachtspunten
- U betaalt voor huishoudelijke hulp via de gemeente een eigen bijdrage. Het CAK berekent deze eigen bijdrage en stuurt u ook de rekening.
- Sommige gemeenten bieden zogenaamde dienstencheques aan waarvoor extra huishoudelijke hulp kan worden ingekocht. Bijvoorbeeld bij de gemeente Amersfoort kan voor een eigen bijdrage van € 5, - een uur extra huishoudelijke hulp worden ingekocht (www.amersfoort.nl/dienstencheque).
Wilt u graag huishoudelijke hulp aanvragen bij de gemeente? Of heeft u een indicatiestelling ontvangen waar u het niet mee eens bent? Vindt u dat er te weinig hulp is toegekend of dat er bijvoorbeeld geen zorgvuldig onderzoek heeft plaatsgevonden?
Juridisch Adviesbureau Weggemans kan u hierbij helpen. Uiteraard ook bij andere juridische vraagstukken. Voor leden van Leef3.nu gelden speciale tarieven. Neem contact met ons op voor meer informatie via info@leef3.nu of 033 469 23 23
|
